Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen nam Mozes dat losgeld van degenen, [38]die overschoten boven de gelosten door de Levieten. 38. Welke waren in getal twee honderd drie en zeventig, gelijk in het voorgaande gemeld wordt, en dienvolgens moesten zoveel eerstgeborenen met geld gelost worden. Vergelijk de aantekeningen vs.46.